Afbeelding
Foto: MV

Gestopte wethouder Rob ten Boden: 'Ik heb de rust genomen en dat is het heel erg waard'

Politiek Teylingen

Teylingen • Het was én is nog steeds 'een fantastisch mooi beroep', zoals Rob ten Boden het zelf noemt. Toch legde hij eind 2019 na anderhalf jaar zijn functie als wethouder neer. 'Het was als een jas die niet goed paste.'

De afspraak voor het interview is bij Rob ten Boden (58) thuis in Sassenheim. Hij doet de deur open, ziet er opgeruimd uit. Op de opmerking dat het is fijn is dat hij tijd wil maken voor het gesprek, reageert hij met ironie. "Ja, ik heb daar nu tijd genoeg voor". Om er serieus aan toe te voegen: "Ik merk wel dat het mij meer energie heeft gekost dan ik dacht. Alle vermoeidheid komt er nu een beetje uit, dat slaap je niet zomaar bij."

Even later aan de eettafel in de woonkamer vertelt de voormalig Trilokaal voorman verder. "Ik heb de rust genomen en dat is het heel erg waard. Het was echt nodig."

Vindt u het jammer dat het niet gelukt is?

"Ja, natuurlijk. Maar ik merkte dat met mijn manier van werken en ook nog de portefeuilles die ik had, ik er zoveel tijd in moest steken dat het ongezond begon te worden. Daar kwam bij dat mijn vrouw in augustus een kleine beroerte kreeg. Daarna zag ik dat ik tijd nodig had om te zorgen dat zij rust krijgt. Dat past dan niet meer met het wethouderschap en dan moet je besluiten: dit is een jas die mij niet past.

Wanneer besloot u te stoppen?

Ten Boden slikt: "Eind november. Je bent met je vrouw bezig met de revalidatie en dan ga je dit soort dingen ontdekken. In dat proces kom je erachter: dit is niet hetgeen dat ik wil. Wethouder is een fantastisch mooi beroep, maar het vergt teveel. Dan moet je op een gegeven moment zeggen; dit is het niet waard."

Hoe reageerde uw eigen fractie?

"Ik heb het ze medegedeeld. Ik ben een persoon die als hij een besluit heeft genomen, daar ook bij blijft. Of ze het nog geprobeerd hebben om mij op andere gedachte te brengen? Ja, een lichte poging, maar de reden waarom maakt het al heel snel duidelijk dat dat weinig zin had."

En wat was de reactie van uw collega's in het college?

"Die waren geschrokken."

Ze hadden het niet zien aankomen?

"Nee, geen van drieën. Ze vonden het ook jammer, juist omdat je een goede samenwerking hebt. Het werd er alleen maar hechter op. Je weet elkaar steeds beter te vinden. Dan is het wel een aderlating als mensen stoppen, want ook als college moet je dan weer opnieuw beginnen om het teamverband erin te houden. En als je om het jaar een nieuwe wethouder erbij hebt…"

Lees het complete interview in De Teylinger van woensdag 8 januari. 

Uit de krant