Het persoonsbewijs van Dr. Fritz Hirschfeld. | Foto: archief HKV
Het persoonsbewijs van Dr. Fritz Hirschfeld. | Foto: archief HKV Foto: pr.

Het verhaal van Fritz Hirschfeld, slachtoffer van de Holocaust

Historie Voorhout

Voorhout • Het tijdelijke Holocaust monument is in Voorhout op zondag 26 januari onthuld. Met het monument dat tegelijk in 170 gemeenten geplaatst is, worden de 104.000 slachtoffers, Joden, Roma, Sinti en andersdenkenden, van het nationaal socialisme herdacht. Na de onthulling op het Raadhuisplein is in het Bestuurscentrum door Theaterschool Teylingen een korte voorstelling gegeven van het toneelstuk 'De jongen in de gestreepte pyjama'. Parallel heeft de Historische Kring Voorhout (HKV) een presentatie verzorgd over het leven van Dr. Fritz Hirschfeld, een Holocaust slachtoffer die ten tijde van de Duitse inval in Voorhout woonde.

Fritz Hirschfeld is op 22 oktober 1886 in Berlijn geboren. Hij dient zijn vaderland eervol in de Eerste Wereldoorlog en wordt onderscheiden met het IJzeren Kruis 1e klasse en het gewonden insigne. Fritz studeert rechten en na de oorlog wordt hij jurist in Berlijn. Hij is voorzitter van de rechtbank in Potsdam als in 1933 de nationaal socialisten de zogenaamde beroepswetten uitvaardigen. Die bepalen dat Joden geen functie in de rechtspraak meer mogen vervullen. Een uitzondering wordt gemaakt voor personen die in de Eerste Wereldoorlog aan het front gevochten hebben. Fritz blijft dus in functie. Echter in september 1935 volgen de rassenwetten en alle Joodse rechters verliezen nu hun baan. Per 1 januari 1936 is hij verplicht werkloos.

Tijdens de Kristalnacht van november 1938 wordt Fritz gevangen genomen en hij verblijft twee weken in de politiegevangenis van Potsdam. Daarna koopt hij zich vrij door betaling van 38.000 Reichsmark (zo'n 155.000 euro) als boetedoening voor 'de vijandige houding van het Jodendom tegenover het Duitse volk'.

Dochter Aenne

Fritz verkoopt de woning in Berlijn waarin hij met vrouw en dochter woont aan een vriendin. Het echtpaar stuurt hun enige dochter, Aenne Dorothée met de 'Kindertransporte' naar Groot-Brittannië. Aenne verblijft in Noord-Ierland en is na de Duitse capitulatie tolk voor het Amerikaanse leger. Ze trouwt en noemt zich Dorothy Scott. Haar kinderen en kleinkinderen, de achterkleinkinderen van Fritz Hirschfeld wonen nu in Californië.

Te oud voor Brazilië

In februari 1939 dwingen de nazi's Fritz om het land te verlaten. Hij betaalt nog eens 35.000 Mark als Reichsfluchtsteuer en vertrekt naar Nederland. Zijn vrouw, die niet Joods is, is ernstig ziek en blijft achter. Via Amsterdam komt Fritz in Sluis terecht. Hier zijn tehuizen zowel voor R.K. als voor P.C. vluchtelingen. Fritz wil vanuit Nederland naar Brazilië emigreren. Hij mist die kans helaas omdat Brazilië alleen een visum verstrekt aan personen die jonger dan 40 jaar zijn.

Fritz gaat terug naar Amsterdam en via het Katholiek Comité voor Vluchtelingen (later Mensen in Nood genoemd) wordt hij begin 1940 naar huize St. Agnes in Voorhout gestuurd. Hier bewoont hij een zolderkamertje. Hij wordt, zoals het hoort, ingeschreven in de Burgerlijke Stand van Voorhout. Tijdens de Duitse inval van 10 mei 1940 is hij een van de twee Joodse vluchtelingen die in de St. Agnes wonen. Hij komt hier in contact met Paula Teulings, onderwijzeres op de lagere meisjesschool. In 1941 gaan beide Joodse inwoners van St. Agnes naar een ander klooster van de zusters Franciscanessen van Veghel, St. Gertrudis in Nieuwkuijk bij Vlijmen. In die periode overlijdt mevrouw Hirschfeld in Berlijn aan kanker. Omstreeks die tijd wordt Fritz en zijn dochter Aenne de Duitse nationaliteit ontnomen.

Huize St. Agnes. 

Op transport gezet

In Nieuwkuijk musiceert Fritz, hij vertaalt historische documenten en hij heeft veelvuldig sociaal contact met de familie Teulings in Den Bosch. In augustus 1942 krijgen vier inwoners van het klooster in Nieuwkuijk opdracht zich te melden in het doorgangskamp Westerbork in Drenthe. Fritz verblijft hier tot 10 april 1943, de datum waarop hij een laatste ontroerende brief schrijft aan de familie Teulings. Hij meldt dat hij op transport gezet zal worden naar het model concentratiekamp Theresienstadt. In al die tijd blijft zijn Berlijnse vriendin hem met voedsel- en kledingzendingen ondersteunen.

Anderhalf jaar later, op 9 oktober 1944, Fritz Hirschfeld is waarschijnlijk zo verzwakt dat hij geen werk meer kan verrichten. Hij wordt dan naar het vernietigingskamp Auschwitz gestuurd. Twee dagen later wordt zijn moord gedocumenteerd.

Uit de krant