Teksten die de NSB’er Speet in 1942 schreef op een schoolbord van de Antoniusschool. Dit leidde tot zijn ontslag als onderwijzer. | Foto: pr.
Teksten die de NSB’er Speet in 1942 schreef op een schoolbord van de Antoniusschool. Dit leidde tot zijn ontslag als onderwijzer. | Foto: pr. Foto: pr.

De rol van NSB'er Speet in Voorhouts oorlogsdrama in nieuwste Dwars Op

Historie

Voorhout • De onderwijzer en NSB'er Th.G.A.M. Speet heeft een prominente rol gespeeld bij de arrestatie in 1942 van pastoor Warmenhoven, kapelaan H.J.M. Stoelinga en enkele andere Voorhouters. Zij hebben door verklaringen van Speet eerst in Scheveningen gevangen gezeten en daarna in kamp Amersfoort. Dit blijkt uit onderzoek in het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging in Den Haag. Het voorjaarsnummer van Dwars Op, van de Historische Kring Voorhout, besteedt hier uitgebreid aandacht aan.

Uit de reconstructie door auteur André van Noort blijkt dat Speet een actieve rol heeft gespeeld in het aangeven van zaken die als anti-Duits of anti-nationaalsocialistisch konden worden gezien. Hij meldde dit meestal aan NSB-groepsleider A. Kriens in Sassenheim, die het weer doorgaf aan SD'er Dietinger in Den Haag. Dit leidde in maart 1942 tot de arrestatie van pastoor W.J. Warmenhoven, die nota bene Speet een betrekking aan de R.K. Antoniusschool in Voorhout had bezorgd. Tegelijk met de pastoor werd Noordwijker F.G. Versteege gearresteerd, die een collega-onderwijzer van Speet op de Antoniusschool was. Pastoor Warmenhoven is in het beruchte kamp Amersfoort in 1942 mishandeld. Hij kwam in oktober 1942 weer vrij.

Geschorst

Na het vertrek van de pastoor kreeg kapelaan H.J.M. Stoelinga assistentie van de franciscaner pater I.L.C. Hettema. Omdat de bisschop van Haarlem had bepaald dat onderwijzers die openlijk nationaalsocialistische sympathieën vertoonden moesten worden geschorst, gingen Stoelinga en Hettema op 3 april met Speet in gesprek. Kort daarna moesten zij zich melden bij de SD in Den Haag. Zij werden gearresteerd, opgesloten in de Scheveningse gevangenis en korte tijd later ondergebracht in kamp Amersfoort. Stoelinga kwam op 16 oktober 1942 vrij. Hettema, die het felst anti-Duits was, zat tot 28 juli 1942 in Amersfoort, tot 6 augustus 1943 in Sachsenhausen (Oranienburg) en tot 23 mei 1945 in Dachau.

Verrader

De Voorhoutse bevolking was zeer verontwaardigd over de arrestatie van de pastoor, de kapelaan, de pater en onderwijzer Versteege. Als reactie schreven enkele inwoners op de straat voor het gemeentehuis dat Speet een verrader en een priestermoordenaar was. Ook de schooljeugd had weinig waardering voor Speet. Zij zongen:

A B C D E F G

Speet is lid van de NSB

Goed zo meester in de nieuwe orde

Kan je burgemeester worden

A B C D E F G

Speet is lid van de NSB

Schuldig bevonden

Speet werd op 30 april 1942 door het schoolbestuur ontslagen, omdat hij op school nationaalsocialistische propaganda had gemaakt. Hij werd schuldig bevonden aan godslastering en had handelingen verricht die in strijd waren met de katholieke beginselen en met de plichten van een onderwijzer. Op 15 mei 1945 werd Speet in Utrecht gearresteerd en opgesloten. Eind 1947 verklaarde hij voor het Haags Tribunaal dat hij spijt had van zijn daden, zich schaamde voor zijn gedrag en bereid was zijn straf te aanvaarden. Speet werd veroordeeld tot vier jaar internering.

Indrukwekkend was de rol van pastoor Warmenhoven in de rechtszaak. Hij schreef op 31 december 1946 een brief om Speet vrij te krijgen. Warmenhoven stelde dat Speet een goede leerkracht was, maar dat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog de weg was kwijtgeraakt.

Uit de krant