Nieuwe rector Sabrina Bijvank: Het Rijnlands is een ‘waar-iedereen-toch-wel-bij-elkaar-zit school’

Sassenheim • Naast de 191 nieuwe brugklassers, startte ook Sabrina Bijvank (41) met haar eerste schooljaar op het Rijnlands Lyceum Sassenheim. De nieuwe rector blikt samen met twee brugklasleerlingen terug op de eerste weken, waarin iedereen te maken kreeg met een nieuw onderwijsconcept: RLS-Flex.

Bijvank, woonachtig in Amsterdam, is sinds het begin van dit schooljaar rector op het Rijnlands Lyceum. Ze volgde Annechien Verkade op, die na 15 jaar afscheid nam en met pensioen ging. Na een jaar als waarnemend rector op het Baarnsch Lyceum vond ze het tijd voor de volgende stap. Zij werd 1 augustus benoemd tot rector. Daarvoor werkte ze sinds 2011 in Baarn. Eerst als leraar Lichamelijke Opvoeding, en vervolgens zeven jaar in de schoolleiding. Het laatste jaar op het Baarnsch Lyceum was ze waarnemend rector, waar ze de taken van rector Henk van Ommen overnam, nadat hij in juli 2021 te horen kreeg dat hij ernstig ziek was. Bijvank begon haar loopbaan op het Linde College in Wolvega en zit inmiddels al negentien jaar in het onderwijs.

Waarom koos je voor het Rijnlands?

Sabrina: “Ik wilde graag rector op een andere school worden. Maar ik ben kritisch en kijk rond. Deze school trok mij aan. Het is voor mij een prettige, kleinschalig, waar-iedereen-toch-wel-bij-elkaar-zit school. Waar het heel veilig en gemoedelijk voelt. Een belangrijk onderdeel in mijn keuze is dat de school drie jaar geleden had besloten om het onderwijsconcept te veranderen. Dit schooljaar zou dat voor het eerst ingevoerd worden.”

Nieuw onderwijsconcept

Op het Rijnlands Lyceum zijn de vaste roosters verleden tijd. Niet meer van 8.30 uur tot gemiddeld 15.30 uur vol zitten met vaste vakken, maar meer zeggenschap over het rooster. De school is overgegaan op RLS-Flex, waarbij de leerlingen zelf een deel van hun rooster mogen invullen. Er zijn drie vakken per dag die vast staan, die lessen duren 80 minuten. Daaromheen zijn er vaste flexuren van 40 minuten, die de leerlingen zelf moeten invullen. Ze kunnen kiezen uit Vak-Flex (voor extra uitleg van een docent, of voor extra uitdaging/verdieping), Thema-Flex (algemene vaardigheden zoals onderzoek doen of digitale vaardigheden), Next (uitdaging en verdieping binnen een bepaald vak) of Studie-Flex (huiswerk maken in een groepje, of individueel in stilte).

Om alle leerlingen een plek te kunnen geven, is deze zomer het Leerplein verbouwd. Er zijn plekken voor groepjes en aparte bureaus om in stilte te werken. Op donderdag 20 oktober mag wethouder Elsbeth Koek de vernieuwde leeromgeving officieel openen.

Wat spreekt jou als rector hierin aan?

Sabrina: “Dit is precies waarom ik op deze school wil werken. Het onderwijsaanbod is zo breed, dat er voor iedereen keuzes zijn. Je hebt de vaklessen, maar daarnaast hebben leerlingen een keuze voor de invulling van een gedeelte van hun rooster. Dat had ik vroeger zelf ook heel graag willen hebben. Ik was zelf een leerling die hield van sport, maar tegelijkertijd ook van afwisseling. Vroeger zat je de hele dag aan een tafel naar je docenten te luisteren. Dit onderwijsconcept is veel interactiever. We zijn leerlingen aan het opleiden voor de toekomst; voor een vervolgopleiding maar ook voor de maatschappij. Dit is het onderwijs dat daar op aansluit. Ze hebben meer keuzevrijheid, maar leren ook zelfstandig keuzes te maken. Zo zijn ze echt betrokken bij hun eigen leerproces.”

Vraag je dan niet iets van leerlingen dat ze helemaal niet kunnen, zoals plannen en overzicht, omdat ze daar nog te jong voor zijn?

Sabrina: “De begeleiding is essentieel. Die is ook anders in de brugklas ten opzichte van de vierde klas. Sommige dingen kunnen de leerlingen misschien nog niet, maar het mooie is dat ze dat kunnen leren. Keuzes maken is heel moeilijk, volwassenen kunnen dat soms niet eens. En hier zeggen we ‘je leert keuzes maken’. In het begin word je heel erg door de mentor begeleid en je wordt steeds een beetje meer losgelaten. En een keer iets kiezen waarvan je achteraf zegt, dat was niet handig, dat is ook een leerproces. Hier kun je dat doen in een veilige omgeving. Dan is het even balen, maar volgende week kiest een leerling dan een andere invulling.”

Topsport in het onderwijs

Bijvank was jarenlang topkorfbalster en kwam uit voor het nationaal team. Met haar club Dos’46 speelde ze ook nog tegen TOP. “Ik vind het wel mooi dat ik vanuit de school uitkijk op hun veld. Dat kan bijna geen toeval zijn,” zegt ze lachend. “Sommige mensen ken ik dus al. Ik heb al ouders van leerlingen gehad die vroeger als tegenstander bij TOP in het veld stonden.”

Je hebt een topsportcarrière achter de rug. Neem je daar nog iets van mee?

“Het belangrijkste is dat je kijkt naar de keuzes die leerlingen kunnen maken op basis van hun talent, en op wat ze echt aantrekt. Dat heb ik altijd gedaan. Daar krijg je vertrouwen van. En vertrouwen is de basis om tot leren en ontwikkelen te komen. Dat heb ik heel erg meegekregen. Wat het mij ook heeft gebracht, is dat ik heb geleerd dat het team belangrijk is. Ook in de school geldt: je bent geen individu, maar altijd onderdeel van een team. Een team docenten, een team medewerkers. Alleen lukt het niet, je hebt altijd iemand nodig die ziet dat je ergens goed in bent. Iemand die iets prikkelt, of het verschil kan maken.”

Wie maakte voor jou het verschil?

“In de basis mijn ouders, want zij stonden achter elke keuze die ik maakte.”

Zijn ouders belangrijk in het onderwijs?

“Ik ben er heel erg van dat we ouders in de school halen. De brugklassers hadden een high-tea met hun ouders. Ik vind het belangrijk dat we het gevoel creëren dat we het samen doen. Als ouder jouw kind de ruimte geven om zich te ontwikkelen, maar tegelijkertijd betrokken zijn en weten dat ze op een motiverende, veilige plek zitten.”

Lees het complete interview met Sabrina Bijvank, en leerlingen Tess en Sanne, in De Teylinger van woensdag 19 oktober.