Afbeelding
Foto:

De groene vingers van Rabah en Gebremichael

In de interviewserie 'Nieuwe Gezichten' vertellen statushouders, samen met Nederlandse vrijwilligers, over wonen, werken en leven in Teylingen. Aflevering 7: Rabah en Gebremichael helpen als vrijwilliger in de kerktuin.

'Zit daar misschien een snake?' Een seconde hield Gebremichael zijn adem in toen hij die vraag stelde aan Herman van Amsterdam. Die kon hem geruststellen: in de tuin en op de begraafplaats van de Pancratiuskerk komen geen slangen voor.

Van Amsterdam vertelt een week later over het voorval in het povere tuinhuisje achter de kerk. Er staan een paar klapstoelen en een oude bureaustoel. Een peertje zorgt voor een klein beetje licht in het schuurtje. Zijn collega-vrijwilligers zijn alvast begonnen; het is immers negen uur en er moet genoeg gebeuren om de kerktuin weer aan kant te krijgen. De tuinclub van de kerk bestaat al zo'n veertig jaar en kent een steeds wisselende samenstelling. De vrijwilligers onderhouden iedere donderdagochtend de tuin en begraafplaats bij de kerk in Sassenheim. De laatste jaren was de groep uitgedund tot vier man. Gelukkig meldde nieuwe vrijwilligers zich aan, waaronder Van Amsterdam. Hij zag al vrij snel de mogelijkheid om de tuinclub nog verder uit te breiden. "Ik ben ook Taalmaatje voor een vluchteling uit Syrië en begreep al snel dat veel statushouders meer te doen willen hebben dan alleen taalles. Ineke van Winden van Welzijn Teylingen was enthousiast over mijn voorstel en kwam samen met ze kennismaken. Inmiddels zijn we, met deze twee mannen, met een vaste groep van tien man."

38 uur op zee

Rabah, een Palestijn uit Libië, en Gebremichael ('dat is zo'n lange naam wij noemen hem Mike', aldus Van Amsterdam) uit Eritrea zijn inmiddels ook aangeschoven. Rabah is met de auto gekomen, samen met zijn vrouw Layal, die als tolk bij het interview fungeert. Hun anderhalf jaar oude dochter Jolia zit in de kinderwagen. De andere twee kinderen zijn op school, vertellen Rabah en Layal. Zoon Mohammed (13) en dochter Sila (5) gaan naar basisschool de Buitenplaats. In Libië kon hun zoon niet meer naar school, vertelt Layal. "Het werd te gevaarlijk om hem ernaartoe te laten gaan. Er was veel dreiging, onder andere van IS. We waren ook bang dat hij door een gewapende militie meegenomen zou worden." Het echtpaar besloot met hun kinderen te vluchten. "We hebben op een bootje gezeten," zegt Rabah zacht. "In Europa aangekomen zijn we met de trein naar Nederland gekomen." In zijn ogen staat verdriet. "We zaten 38 uur op zee," vult Layal haar man aan. "Het was heel moeilijk. Toen we eenmaal in het AZC in Ter Apel waren, heeft Mohammed de eerste drie maanden bijna niet geslapen. Hij had iedere keer nachtmerries."

'Ze zijn een aanwinst voor onze club'

Mike luistert, zijn ogen terneergeslagen naar de grond. Ook hij stapte op een boot om op die manier Italië te bereiken, maar zijn reis begon eerder. Hij ontvluchtte Eritrea, dat op de website van VluchtelingenWerk als het 'Noord-Korea van Afrika' wordt bestempeld. Sinds 1993 zijn er geen vrije verkiezingen meer geweest. De reis van Gebremichael ging zoals van zoveel van zijn landgenoten lopend naar Sudan. Daar stapte hij in de auto en kwam uiteindelijk in Libië terecht. Met de trein vanuit Italië kwam hij uiteindelijk in 2015 in Nederland aan. Zijn vrouw en hun zoontje van vier wonen sinds vijf maanden bij hem in Voorhout.

Harde werkers

Rabah en Mike draaien volop mee, vertelt Van Amsterdam. "We doen het eerst voor en daarna kunnen ze zelf aan de slag." En dat terwijl de mannen in hun thuisland geen ervaring hadden met tuinieren. Rabah werkte bij een bedrijf dat aluminium raamkozijnen en deurposten plaatsten. Mike was automonteur. Hij vindt het tuinieren in Nederland veel makkelijker dan in Ethiopië. "Daar is het zo droog, hier is nog gras." Van Amsterdam is meer dan tevreden. "Ze pakken het heel snel op en zijn ontzettend harte werkers. Je hoeft ze niet aan het handje mee te nemen. Ze zijn echt een aanwinst voor onze club."

De vrijwilligers hebben zich in het begin wel even afgevraagd of juist werken op een begraafplaats niet te confronterend is voor de vluchtelingen. "We dachten: ze hebben zoveel ellende meegemaakt, misschien is dit teveel van het goede. Maar zij ervaren het heel anders; ze zijn aan het werk en doen iets voor anderen. De groep is leuk en in die omgeving kunnen ze vertrouwd raken met de taal. Dat is ook ons doel; naast het werken, ook beter Nederlands leren spreken."

Integratie bij de koffie

De pauze om 10.00 uur is daar een uitgelezen mogelijkheid voor. De koster brengt dan een dampende pot koffie naar de tien tuinmannen in het tuinhuis. "Er wordt dan van alles besproken. Soms gaat het over onderwerpen die thuis spelen. Of praten we over dingen die ze hebben meegemaakt. Het is dan een soort koffiecorner hier."

De tuinclub kan nog meer vrijwilligers gebruiken. "Voor veel mensen is het ook in plaats van naar de sportschool gaan, " zegt Van Amsterdam met gevoel voor promotie. "Je bent lichamelijk goed bezig, vaak onder prettige weersomstandigheden en je doet nuttig werk."

Die nieuwe krachten hoeven niet per se vluchtelingen te zijn. Van Amsterdam ziet wel mogelijkheden om juist voor die groep de integratie door middel van het vrijwilligerswerk in de kerktuin te bevorderen. "Veel statushouders zitten over het algemeen een beetje opgesloten. Ze hebben weinig contact met buren of met dorpelingen. Het gaat er hier vooral om dat ze wat losser worden en makkelijker in de omgang. We proberen ze in de gemeenschap op te nemen met het gevoel dat ze welkom zijn. Dan zitten ze niet alleen, maar voelen zich onderdeel van onze samenleving."

Ineke van Winden, coördinator integratie bij Welzijn Teylingen:

"Ik ben aangesteld door de gemeente Teylingen en ingekwartierd bij Welzijn Teylingen. Ik initieer, coördineer en zorg voor verbinding tussen instanties en individuen die zich bezighouden met statushouders. Zowel professionals als vrijwilligers. Zo nodig zet ik nieuwe projecten op.

Statushouders zijn vluchtelingen met een verblijfsstatus. De diversiteit in deze groep is enorm en varieert van hoog- tot laagopgeleid, jong en oud, Aziatisch en Afrikaans. Sommigen zijn christen, anderen moslim of juist weer uitgesproken atheïst. Vanwege de verscheidenheid verloopt het integratieproces bij iedereen anders. Het leren van de Nederlandse taal, veelvuldige omgang met Nederlanders, het doen van (vrijwilligers)werk of zodra het kan betaald werk, of een studie zijn manieren om integratie te bevorderen. Maar tegelijkertijd blijft integratie ook maatwerk.

Iedereen heeft zijn eigen verhaal over hoe het is om hier in de gemeente een nieuw leven op te bouwen. De bedoeling van deze rubriek is om de nieuwkomers in Teylingen een gezicht te geven. Daarnaast brengen wij een Nederlander uit Teylingen in beeld die als professional of als vrijwilliger betrokken is bij de statushouder."

Afbeelding