| Foto: René van Dam
| Foto: René van Dam Foto: René van Dam

Lisa van der Geest: 'Plezier in sport is het allerbelangrijkst'

Sporten doet Lisa van der Geest al zolang ze zich kan herinneren. Ze zat op voetbal en zwemmen, maar koos voor (marathon)schaatsen. De Warmondse behoort tot de Nederlandse top. Ze volgde haar eigen weg om daar te komen.

"Natuurlijk doe ik mee!" De eerste e-mail naar Lisa van der Geest (23) met de vraag of zij een van de drie Teylinger Sporthelden wil zijn, wordt direct enthousiast beantwoord. "Ik vind het wel een eer," zegt ze een week later met een lach op haar gezicht. Om vervolgens wat ernstiger te vervolgen: "Ik woon trouwens wel sinds een jaar in Leiden, is dat een probleem?"


Voorafgaand aan de fotoshoot zitten we aan tafel voor het interview. Lisa heeft wel even tijd, het liefst op dinsdagavond, want dan is er geen training in Den Haag. Vanuit Warmond verhuisde ze drie jaar geleden naar Heerenveen, het schaatsmekka van Nederland. Daar trainde ze iedere dag en volgde de online colleges van haar studie rechten aan de Universiteit Leiden. Vorig jaar besloot ze om toch weer naar huis te komen. Teylingen -haar ouders wonen in Warmond- ruilde ze in voor Leiden.

Waarom ben je weer teruggekomen naar de Bollenstreek?
Lisa: "Schaatsen in Heerenveen heeft me veel gebracht, maar het was wel een klein wereldje. Ik heb het besproken met mijn vriend en mijn familie en merkte al snel dat ik eigenlijk toch wel weer terug wilde. Daarnaast ben ik na mijn bachelor, met mijn master arbeidsrecht bezig. De colleges worden niet allemaal gefilmd, dus dan zou ik veel heen en weer moeten reizen. En dus koos ik ervoor om, samen met mijn vriend, in Leiden te gaan wonen."

Wanneer ben je begonnen met schaatsen?
"Sport hoort wel echt bij mijn familie. Mijn ouders vonden het dan ook belangrijk dat we veel sporten probeerden. Zo heb een tijdje gevoetbald bij Ter Leede en zwom ik in de Wasbeek. Dat ging behoorlijk goed en ik deed aan wedstrijden mee. Ook heb ik nog een tijdje op dansen gezeten. Totdat het schaatsen bij de Warmondse IJsclub rond mijn twaalfde jaar een steeds belangrijkere plek in begon te nemen. Toen moest ik kiezen, want 's morgens op het voetbalveld staan en 's avonds op de ijsbaan, werd teveel. Grappig genoeg ging het bij mijn broer en zusje precies hetzelfde. Ook zij hebben dezelfde sporten gedaan en schaatsen nu nog. Alleen mijn oudste broer koos voor voetbal."

'Als je je alleen richt op schaatsen, dan wordt je wereldje heel klein'

Wanneer wist je: ik heb talent?
"Je had vroeger regionale selecties, maar daar zat ik nooit bij. Het was toen vooral gericht op kortere afstanden en dat is niet mijn specialiteit. Ook op jonge leeftijd was ik al een diesel, haha. Ik won af en toe een wedstrijdje en dat gaf genoeg motivatie om door te gaan. Vanaf mijn zestiende kwam ik wel bij de selectie en daarna ging het snel. Op mijn zeventiende pakte ik mijn eerste nationale titel bij de junioren. Dan weet je wel: hier kan ik iets mee."

Hoe zien jouw dagen er uit?
"Nu ik in Leiden woon, kan ik weer naar colleges toe. Dat is wel heel fijn. Daarnaast train ik zo'n zeven keer in de week; drie tot vier keer in de week sta ik op het ijs op de Uithof in Den Haag en daarnaast fiets en loop ik nog. Op zaterdagavond is de wedstrijd. Ik ga dan altijd eerst naar de markt, of rijd bij mooi weer een rondje op mijn racefiets. Verder doe ik rustig aan en ga 's middags richting de ijsbaan. Voor de wedstrijd eet ik altijd pannenkoeken. Die krijg je makkelijk weg en geven genoeg energie voor al die rondes die we rijden."

Zijn er dingen die je moet laten voor topsport?
"Ik heb rond mijn zeventiende de sport even vaarwel gezegd. Ik zat in die regionale selectie, maar dat betekende heel veel reizen om te trainen en daarbuiten ook nog een strak schema volgen. In combinatie met mijn schoolwerk leverde me dat enorm veel stress op. Het was op dat moment veel te serieus. Toen ben ik een half jaar echt scholier geweest. Ik ging naar feestjes en deed even helemaal niets. Dat was in het begin hartstikke leuk, maar na een paar maanden begon ik de sport te missen. Ik ben toen in de winter de marathon gaan rijden en daar vond ik mijn plezier terug. Ik vond het zo leuk, dat ik er wel weer serieus voor wilde gaan. Maar wel op mijn manier!

Feestjes zijn inderdaad wel een dingetje, maar dan probeer ik soms even te gaan. Bijvoorbeeld met oud en nieuw. Samen met mijn vriend was ik bij vrienden, maar dan gaan wij wel om half een weer naar huis. Ik had de volgende dag een wedstrijd en daar wil ik dan wel fit voor zijn."

Wat voor rol speelt jouw familie?
"Mijn ouders zijn ontzettend belangrijk. Ze hebben ons, mijn twee broers Lucas en Leander, mij en mijn zusje Loesanne, altijd gestimuleerd om te sporten. Maar niet per se topsport hoor. Het is toeval dat Leander, Loesanne en ik alle drie in het marathonschaatsen terecht zijn gekomen.
Mijn ouders hebben ons altijd meegegeven, dat plezier het allerbelangrijkste is. Dat ik een sport doe, die ik leuk vind.
Daarnaast heb ik ook van ze geleerd om andere dingen te blijven doen. Sporten is niet voor altijd. Als je je alleen richt op schaatsen, dan wordt je wereldje heel klein. Terwijl je ook leert van de dingen buiten de sport. Voor al hun steun ben ik mijn ouders nog steeds dankbaar."

Waarom heb je 'ja' gezegd op de vraag Teylinger Sportheld te zijn?
"Sport is heel belangrijk, zeker voor kinderen. Als je er niet mee opgroeit, dan is de kans kleiner dat je later blijft sporten. Ik zie het om me heen in mijn studie; iedereen heeft stress vanwege deadlines of toetsen, maar als je niet sport, is er geen balans. Als je dat wel doet, dan kun je veel meer aan. Als je dat van jongs af aan meekrijgt, dan ga je veel fitter en gezonder door het leven. Vandaar dat ik het belangrijk vind dat daar aandacht voor is. Als ik een steentje kan bijdragen dat meer mensen gaan bewegen, dan doe ik dat graag."

Had je vroeger zelf een voorbeeld?
"Toen ik heel jong was, keek ik op tegen mijn trainster Tanja Heemskerk van de Warmondse IJsclub. Ze is helaas erg jong overleden. Met regelmaat denk ik er nog wel eens aan terug, want dat had behoorlijke impact.
Daarnaast is Mariska Huisman ook echt een voorbeeld. Zij was kopvrouw van onze marathonploeg en kon daar heel goed mee omgaan. Ze bracht heel veel rust en gaf ons altijd het gevoel dat we het goed hadden gedaan. Heel bijzonder."

Wat is jouw doel?
Ik hoop me tijdens het kwalificatietoernooi op Tweede Kerstdag alsnog te plaatsen voor 5000 meter op de Olympische Spelen, volgend jaar in Pyeongchang. Bij een eerder toernooi was ik helaas ziek. Voor dat toernooi moet ik een goede tijd rijden. Als ik dat doe, word ik toegevoegd aan de startlijst. Dat is een hele klus, maar ik heb er vertrouwen in. Bij het kwalificatietoernooi moet ik dan bij de eerste twee eindigen, dan plaats ik me. De afstand wordt tijdens de Olympische Spelen op 16 februari gereden. Die datum weet ik al uit mijn hoofd.
Als het niet lukt, dan is een volgende Olympisch toernooi in 2022 nog wel een droom. En verder wil ik heel graag nog een keer nationaal marathonkampioen worden. Dat staat ook heel hoog op mijn lijstje!"

Volg Lisa via sociale media met de #TeylingerSportheld en kijk op www.sportcafeteylingen.nl. | Foto: René van Dam

| Foto: René van Dam