Anja en Daan Jansze. | Foto: pr.
Anja en Daan Jansze. | Foto: pr. Foto: pr.

Toeristen op bezoek bij de 'Bulbfarmer'

Voorhout n Voor het vijfde jaar op rij opende de Tulperij vorige week haar deuren. Meer dan tienduizend bezoekers kwamen al een kijkje nemen bij het bloembollenbedrijf van Daan en Anja Jansze. Ook dit seizoen verwelkomen ze twee keer per dag een bus met toeristen. Die willen wel eens zien hoe de bulbfarmer werkt. 'Er staan hier mensen te huilen in het veld.'

Wie een voet in de Tulperij zet, stapt meteen in Oud-Hollandse sferen. De rood-wit geblokte kleedjes liggen over de tafels. Aan de wand hangen schilderijen met koeien. In de strobalen staat een grote collectie kopjes en schalen van Boerenbont. De bollenmanden hangen omgekeerd aan het plafond en doen dienst als lampenkappen. Natuurlijk staan er ook overal bloemen. Tulpen en hyacinten laten de ruimte ruiken naar het voorjaar. De aangeklede bloemenkas is het domein van Anja Jansze, vrouw van bollenkweker Daan Jansze. Daan is de derde generatie binnen het bloembollenbedrijf Adr. Jansze & Zn en tot vijf jaar geleden alleen kweker van narcissen- en tulpenbollen. Sinds die tijd hebben ze al meer dan tienduizend mensen in hun bedrijf aan de Oude Herenweg ontvangen.

Wie krijgen jullie allemaal op bezoek?

Daan: "We ontvangen mensen uit de hele wereld. Van ver weg tot dichtbij." Hij wijst naar de wereldkaart aan de wand. "Dat is de kaart van vorig jaar. We vragen bezoekers altijd om een speld te prikken in hun woonplaats. Je ziet het; ze komen van uit Australië tot Spanje en van Amerika tot bezoekers uit Afrika.

Anja: "Mexicaanse vrouwen wilden foto's maken van de handen van Daan. Dat die handen zoiets moois konden maken, dat wilden ze vastleggen."

Daan: "We maken hier heel wat mee. Veel mensen worden helemaal blij van de bloemenvelden. We hebben huilende mensen in het veld gehad."

Daan: "We krijgen trouwens ook regelmatig groepen uit Nederland. Uit Twente, Groningen, Brabant. En wat we niet verwacht hadden, ook mensen uit deze streek komen langs. Zo geven we ook aan schoolklassen rondleidingen. De Zonnebloem komt veel en ook uit verzorgingstehuizen is bezoek. Die mensen gaan hier zitten, drinken een kopje koffie, verse stroopwafel erbij. Ze kunnen aan de achterkant over de velden kijken, want het is hier gelijkvloers. We hebben hier wel eens zeven, acht rollators achter elkaar gehad."

Is er een verschil tussen de Nederlandse en buitenlandse toeristen?

Daan: "Het grootste verschil is dat de Nederlandse groep bijna geen foto's maakt, terwijl de buitenlandse toeristen daar juist voor komen."

Anja: "De Nederlanders vinden het leuk om je verhaal te horen en te genieten van het uitzicht. Ze willen lekker zitten, koffie drinken en genieten van al het moois om hun heen. Er is zoveel te zien en leren."

Daan: "Ze zijn echt geïnteresseerd en willen weten waarom bijvoorbeeld het land onder water staat, waarom we tulpen koppen en waarom er stro op het land ligt. Ik dacht dat veel mensen uit de streek dat wel wisten, maar steeds minder inwoners hebben die kennis."

Anja: "Daan vertelt ook over hoe je kunt herkennen dat een tulp of narcis ziek is. Dan zeggen we vaak dat ze daarna in de Keukenhof maar eens op zoek moeten naar een zieke tulp. Misschien herken je die dan wel. Soms gaan we aan het einde van de dag nog even langs Keukenhof en komen dan wel eens mensen tegen die daarvoor bij ons voor de rondleiding waren."

Daan: "Door eerst het verhaal van de "Bulbfarmer" gehoord te hebben, beleven de mensen een bezoek aan de Keukenhof nog intenser. Ze kijken op een andere manier naar de bloemen, als ze gehoord hebben over de hoeveel werk dat er bij komt kijken."

Hoe zijn jullie op het idee voor de Tulperij gekomen?

Daan: "In 2012 kregen we het verzoek of bij ons op het land een kaas- en wijnproeverij gehouden kon worden. Er kwamen zeventig mensen uit Den Haag om die proeverij en een rondleiding te doen. We zijn toen ook een rondje over het veld gelopen. Die proeverij was een succes. Twee weken later werden we gebeld. De mensen waren zo enthousiast, daar moet je wat mee doen, werd er gezegd. Zo is het balletje een beetje gaan rollen."

Anja: "Toen zijn we in 2013 gestart met de Tulperij, alleen het eerste jaar hadden we maar drie groepen. Dan kom je erachter dat je wel ergens aan kunt beginnen, maar als je geen afspraken hebt, ben je nergens."

Daan: Dat eerste jaar zat ik hier eigenlijk een beetje te wachten op groepen. Tot hier een bus stopte op de weg met toeristen. De chauffeur liet zijn gasten uitstappen om foto's te maken van de velden. Toen ben ik naar die chauffeur gegaan om te vragen van hoe we konden zorgen dat de bussen bij ons langs zouden gaan. Hij gaf mij drie telefoonnummers in Amsterdam. 's Middags ben ik meteen gaan bellen, in april bel je op het drukste moment van het toeristen seizoen. Maar ze waren wel geïnteresseerd en beloofden om na het seizoen contact op te nemen. Eind september kreeg ik een telefoontje uit Amsterdam: ze wilde toch eens komen praten. Na enkele zakelijke gesprekken was het geregeld. In 2014 begonnen we met twee keer per dag een bus. In het begin kwamen de groepen vooral via die operator. Nu merken we dat er ook mensen komen van andere operators, en veel senioren uit Nederland."

Zijn er meer bollenkwekers die het voorbeeld volgen?

Daan: "In Noord-Holland is er een bedrijf dat ook rondleidingen geeft. Zij hebben nog een broeierij en geven rondleidingen. Het seizoen wordt dan langer, want daar staan de bloemen van januari tot en met maart binnen. Wij hadden hier voor de Tulperij ook een broeierij, maar daar zijn we voor 2012 al mee gestopt omdat het te weinig opleverde voor ons."

Anja: "Andere kwekers zijn enthousiast dat we dit doen, maar zelf zetten ze niet de stap om het ook te doen bij hun bedrijf."

Daan: "Het is toch een stap, want er komt veel bij kijken."

Anja: "Je moet het ook samen leuk vinden. En daarnaast denk ik dat de meeste kwekers het vak hebben gekozen omdat ze het liefst met bollen werken. Wij hebben het geluk dat we het allebei leuk vinden om te vertellen. Daan geeft de rondleidingen en doet dat hartstikke goed. Dat moet toch in je zitten."

Daan: "Daarnaast is het leuk dat we vlakbij de Keukenhof zitten. Alle mensen die hier komen, gaan eerst naar de "Bulbfarmer" en daarna naar de showtuin, de Keukenhof. Dat is een mooie combinatie. Er gaat niemand eerst naar Keukenhof en dan naar ons. Want dan heb je alle pracht en praal al gezien en dan is dit minder. Het is een opbouw van stappen die het zo bijzonder maakt."

Anja: "Hier gaat het om de beleving van een echt bloembollenbedrijf. Je komt voor het verhaal, de authenticiteit. Mensen zien de bloemen, kunnen ze ruiken, beleven het echt. En ze maken kennis met de bollenkweker. Ze krijgen ook nog een film te zien van het proces na de bloei. Het rooien, bollen pellen en verwerken. Vervolgens gaan ze naar de Keukenhof en zien ze alle kleurenpracht in veelvoud."

Daan: "Ik denk ook dat dat onze kracht is: het is allemaal echt. Als je in het buitenland komt, dan zijn er meisjes ingehuurd die het proces vertellen, maar de echte boer of producent is er allang niet meer. Dat is toch minder leuk."

Vrouwen uit Mexico fotograferen Daans handen

Jullie zijn vanaf vorige week tot half mei open. Hoe zien die dagen eruit?

Daan: "We ontvangen twee bussen per dag. Met de groepen gaan we altijd eerst het land op. Daar vertel ik dan wat over het vak. Telen van de bloembollen. Over de groei en bloei. Bij de buitenlandse toeristen is dat ongeveer vijftien minuten. Zij willen vooral selfies maken met de bloemen. Doordat ik erbij sta, gaat dit altijd netjes en gedragen ze zich keurig. Na mijn verhaal snappen ze ook dat ze voorzichtig moeten zijn."

Anja: "Vervolgens komen ze in de kas en kunnen ze een kopje koffie drinken. Ik bak dan ook verse stroopwafels en er is vers gebakken appelgebak. Vervolgens vertonen we ook nog een film over het bollenvak."

Daan: "De buitenlandse groepen zijn hier ongeveer een uur. Dat vond ik in het begin behoorlijk kort, maar inmiddels gaat dat goed. Het moet precies in de schema's van de touroperators passen, want daarna gaan ze door naar Keukenhof. De Nederlandse groepen zijn hier vaak wel langer, zo'n anderhalf uur, waarin ik vooral veel vertel."

Anja: "We zijn in die weken zeven dagen open en dat is hartstikke druk. We komen dan eigenlijk het erf niet af. Mijn zussen en vriendinnen springen bij drukte wel eens bij en onze buurvrouw helpt ook al vijf jaar mee. Onze kinderen zijn negentien, zestien en dertien jaar en vinden het ook leuk om te helpen als het nodig is."

Daan: "Het zijn intensieve weken, maar het is wel heel overzichtelijk. Half mei is het gewoon klaar."

Anja: "Er zit een begin en een eind aan. Natuurlijk zijn we daarna blij dat het even klaar is. Maar het geeft vooral ontzettend veel energie."

Bezoekers vertellen vast veel bijzondere verhalen…

Anja: "Een van de meest ontroerende verhalen vond ik van een Frans echtpaar. Ze waren al in de negentig en de vrouw was blind. Het was hun wens om altijd nog een keer de tulpenvelden te zien. De vrouw heb ik aan de hand meegenomen. We hebben de tulpen en hyacinten in de kas gevoeld en geroken. Ze is ook het land op geweest en zelfs bij de film wilde ze zitten. Ze was zo ontroerd. Dat echtpaar genoot zo ontzettend, dat was ontroerend. Het zijn de verhalen die je bijblijven.

Daan: "En wat dacht je van dat verhaal van die vrouw uit Alaska? Haar achternaam was Bakker. Ze kwam met de bus aan en bij het bordje Sassenheim realiseerde ze zich dat haar overgrootvader vanuit Sassenheim naar Alaska was geëmigreerd. Dat zorgde voor een traantje. Ze kwam hier huilend de bus uit. Ik vroeg haar waarom en ze vertelde over haar overgrootvader, Bakker uit Sassenheim, die hier begonnen was met kisten maken. Ik nam haar mee naar het land en wees 'Kijk, daar staat de fabriek'. Toen kwamen de waterlanders pas echt natuurlijk. Omdat ze in de ochtendbus zat, kon ik daarna Bakker bellen en een jubileumboek ophalen. Bij Keukenhof heb ik dat boek aan haar gids gegeven. Een week later ontvingen we een e-mail uit Alaska. Dat was zo bijzonder. We zijn trouwens uitgenodigd in Alaska. Als we daar tijd voor hebben."

Er komen ook regelmatig schoolklassen op bezoek. Willen jullie de kinderen enthousiasmeren voor het bollenvak?

Anja: "Ik heb een achtergrond in het onderwijs en vind het leuk om aan de leerlingen uit te leggen over ons bedrijf. Het is een stukje educatie dat ik graag wil meegegeven. Stiekem hoop je dat ze geïnteresseerd raken in het vak en in de toekomst misschien naar de Tuinbouwschool gaan. Wat dat betreft is het jammer dat er in Teylingen geen huisbroeiwedstrijden meer zijn. Vroeger kreeg je op school bollen mee naar huis en dan moest je zo thuis laten uitbroeien. Het zou leuk zijn als dat terugkomt."

Wat waren de leermomenten in de afgelopen jaren?

Daan: "Geduldig zijn, wachten tot alle mensen uit zijn gestapt. In het begin begon ik al met praten terwijl er nog een paar mensen in de bus zaten. Ook heb ik geleerd om van te voren te zeggen wat je gaat doen. Dat scheelt ook een heel stuk. Sommige bezoekers willen echt alleen foto's maken."

Anja: "Ik heb altijd geweten: Daan kan dit wel. Zijn moeder is onderwijzers geweest en ook zijn zussen zitten allemaal in het onderwijs. Ook hij had zo het onderwijs in gekund. Ik weet nog wel dat hij de eerste rondleiding doodeng vond."

Daan: "Vooral om in het Engels een heel verhaal te vertellen, vond ik lastig. Maar ik ben gewoon begonnen en na vier dagen was de schroom wel aardig weg. We geven dit seizoen ook voor het eerst in het Duits rondleidingen. Mensen vinden het prachtig als je hun taal spreekt."

Anja: "Wat we ook geleerd hebben, is hoe mooi de plek is waar we wonen en werken. Het is hier heel stil, dat doet wat met mensen. En dankzij de toeristen zijn we ons ook bewuster geworden van het product wat we verkopen en hoe mooi dat eigenlijk is. Natuurlijk genieten we ieder jaar wel van de bloemen, maar aan de andere kant is het er ook gewoon. Als mensen er speciaal voor naar je toekomen, dan word je er wel bewust van. Het is niet zo gewoon, het is echt bijzonder."

De Keukenhof is wereldberoemd. Is dat ook jullie ambitie?

Daan: "We gaan geen tien bussen per dag ontvangen, want dan gaat het authentieke eraf. Elke groep krijgt een exclusieve rondleiding. Dat wil ik zelf ook graag als ik ergens in het buitenland ben, dus ik neem aan mijn gasten ook."

Anja: "We willen het echt met z'n tweeën blijven doen, dus het kan nooit groter worden. Als je meer bekendheid wilt, dan moet je ook ruimte hebben om te groeien. Dat is onze ambitie helemaal niet. Zoals het nu is, vinden we het leuk. Groter hoeft van ons echt niet. We doen wat we leuk vinden, dat moet ook zo blijven."

| Tekst: Marieke Voorn, Foto: pr./www.detulperij.nl