Geluk

Vandaag heb ik zomaar zin om te schrijven over geluk. Nee, ik heb niks gewonnen in de Staatsloterij. Onze postcode is ook nooit echt in de prijzen gevallen: af en toe een beker ijs, en die vergeet ik dan op te halen. O ja, ik heb ook eens een badjas gescoord. Maar dat is niet waar ik aan denk bij geluk. Ook niet aan een formidabel inkomen, met bonussen en tantièmes en op vroege leeftijd een riant pensioen. Dan had ik echt een ander beroep moeten kiezen. Tandarts of accountant of zo. Dan ben je rijk, maar ben je dan ook gelukkig?
Ik denk bij geluk eerder aan m'n zonneklepje. Ik was het ding afgelopen maandag kwijt geraakt en kon het werkelijk nergens meer vinden. Hij zwerft wel eens vaker door huis en auto maar is altijd op min of meer dezelfde plekken terug te vinden. Nu dus niet. Na diep denken schoot me te binnen dat ik 'm het laatst had gezien in het mandje waarmee ik boodschappen deed. En ja hoor, iemand had 'm gevonden en netjes afgeleverd aan de klantenbalie en het de immer vriendelijke personeel van de supermarkt had 'm trouw bewaard. Een nieuwe kost hooguit een tientje, dat weet ik. Maar de waarde van iets is wat anders dan de prijs. Toen ik vergenoegd thuis kwam, zag ik dat één van de klimrozen in m'n tuintje voor de derde keer dit seizoen bloeide. Een huis-tuin-en keuken roos, cadeautje van oudste zoon voor m'n 38e verjaardag, 21 jaar oud, op z'n derde standplek. En hij bloeit alwéér. Op tafel ligt de ochtendkrant, waarvan ik onder het ontbijt de sudoku had ingevuld. Twee sterren, stelt niks voor, maar toch: ik was er gelukkig mee. Die krant wordt trouw bezorgd, ook al zo'n geluksdingetje. Onze gang ruikt naar verf: ik heb wat geklust, muren, deuren en kozijnen fris geschilderd. Vanmiddag m'n zus en zwager op de thee. Daarna een wandeling in het bos, de zon lekker warm op onze huid. De hond ligt te ronken op z'n kussen. Straks bloemkool met een gehaktbal. Hoe moeilijk wil je het hebben? En wie weet maakt woensdag of donderdag dit stukje hier en daar in Teylingen iemand eventjes blij.
Dan ben ik volmaakt gelukkig.


egbert van der weide