Van der Horst schrijft boek over Duidelijke taal

Teylingen n Deze maand verscheen het boek Duidelijke taal. Het is het tiende taalkundige boek van Peter van der Horst, die tot voor kort in Teylingen woonde.

‘Gebruiksaanwijzingen, bijsluiters, circulaires, … Allemaal bedoeld om de lezer ergens over te informeren of om vragen te beantwoorden. Jammer genoeg zijn die teksten vaak niet duidelijk genoeg. De lezer moet ze soms meer dan één keer lezen om te begrijpen wat de bedoeling is. En dat kan natuurlijk nooit de bedoeling van de schrijver zijn’, vertelt tekstadviseur Peter van der Horst.


De laatste tijd besteden bedrijven, gemeenten en instellingen wat meer aandacht aan de duidelijkheid van hun teksten. En dat is een goede ontwikkeling: ‘Met een tekst bereikt een schrijver pas zijn doel als de lezer goed begrijpt wat de bedoeling is. Bij begrijpelijk schrijven gaat het niet om taal- en stijlfouten. Die horen natuurlijk niet in teksten voor te komen, maar veel belangrijker voor de begrijpelijkheid zijn andere zaken’, zegt de auteur.


Teksten zijn dus nogal eens niet duidelijk genoeg. Soms ligt dat aan de lezer, maar vaak is de schrijver de boosdoener. Van der Horst: ‘Om zijn boodschap zo goed mogelijk over te brengen moet een schrijver zich in zijn lezers proberen te verplaatsen en rekening met hen te houden. En dat gebeurt nogal eens onvoldoende.’


‘Rekening houden met de lezer’ is een ruim begrip, waar heel wat bij komt kijken: ‘Om te bereiken dat de lezer begrijpt wat de schrijver met zijn tekst bedoelt, moet hij voor ogen houden wie zijn lezers zijn: kinderen, jongeren, senioren? De voorkennis van de lezer is heel belangrijk. Je kunt nu eenmaal niet op dezelfde manier voor scholieren als voor artsen schrijven.’


Bij duidelijk schrijven denken velen misschien vooral aan te lange zinnen. Die krijgen vaak de schuld als een tekst niet vlot leest. Het is een feit dat lange zinnen soms onduidelijk zijn, maar meestal gaat het om andere zaken. De zinsopbouw bijvoorbeeld is veel belangrijker. Zinnen moeten niet te ingewikkeld zijn. En heel lange of moeilijke woorden, afkortingen en verkeerd gebruikte leestekens doen een tekst ook geen goed. (Vorig jaar heeft Van der Horst een dik boek over leestekens geschreven: Nieuwe Leestekenwijzer.) Een andere valkuil is de lijdende vorm: ‘Door ons zal worden nagegaan …’ in plaats van ‘Wij zullen nagaan …’. Allemaal zaken die een tekst niet duidelijker maken.


Het komt ook voor dat we bepaalde zinnen gewoon niet kunnen begrijpen, bijvoorbeeld omdat ze op verschillende manieren uitgelegd kunnen worden. Van der Horst geeft daar een eenvoudig voorbeeld van: ‘Het is niet bekend wie de dictator vermoord heeft.’ Wie heeft wie vermoord? De onduidelijkheid verdwijnt als we de zin anders formuleren: ‘Het is niet bekend door wie de dictator vermoord is. / Het is niet bekend wie door de dictator vermoord is.’ Nog een? ‘De politie is op zoek naar meer betrouwbaar bewijsmateriaal.’ Meer bewijsmateriaal of betrouwbaarder bewijsmateriaal?


Bij zijn werkzaamheden voor reclamebureaus, uitgeverijen en onderwijsinstellingen komt Peter van der Horst vaak in aanraking met teksten waarvan je je kunt afvragen hoe die ooit zo geschreven konden worden. En die teksten hadden met betrekkelijk weinig moeite beter kunnen zijn. In zijn nieuwe boek komen alle onderwerpen aan de orde die kunnen helpen een tekst duidelijker te maken. Geen ellenlange verhalen, maar de hoofdzaken, met honderden voorbeelden en oefeningen.


(Duidelijke taal – de hoofdzaken van begrijpelijk schrijven. Uitg. Garant. 150 blz., € 16,90)