Gemeente hoeft definitief geen planschadevergoeding te betalen

Voorhout n De Raad van State heeft op woensdag 2 september in hoger beroep uitspraak gedaan in een al langlopende planschadezaak over percelen aan de Rijnsburgerweg 27 en 60a in Voorhout. De gemeente is in het gelijk gesteld en hoeft niet te betalen.

In het hoger beroep claimde de aanklager een vergoeding voor vermeende planschade van enkele miljoenen euro's. De aanklager was van mening dat door een aanpassing van het bestemmingsplan, de waarde van twee van zijn percelen was gedaald. De Raad van State heeft het hoger beroep van de aanklager ongegrond verklaard. Hiermee blijft het oorspronkelijke besluit van de gemeente in stand. In dit besluit heeft de gemeente het verzoek van aanklager, tot tegemoetkoming in de planschadekosten afgewezen. Met de uitspraak van de Raad van State is het dossier gesloten en hoeft de gemeente definitief geen planschadevergoeding te betalen.


Onbedoelde ruimte in bestemmingsplan

De oorsprong van de planschadezaak ligt in het bestemmingsplan Buitengebied Teylingen 2015 en gaat over de percelen Rijnsburgerweg 27 en 60a in Voorhout. Na vaststelling bleek dat voor deze percelen onbedoeld te ruime bouwmogelijkheden waren opgenomen. De gemeente heeft deze onbedoelde ruimte in 2016 geschrapt door middel van een herziening van het bestemmingsplan voor deze percelen.


De aanklager, eigenaar van de betreffende percelen aan de Rijnburgerweg in Voorhout, heeft naar aanleiding van deze herziening van het bestemmingsplan bij de gemeente een verzoek tot tegemoetkoming planschade ingediend. De gemeente heeft dit verzoek in 2017 afgewezen, omdat de planologische wijziging geen planschade oplevert. Vervolgens heeft de aanklager respectievelijk een bezwaarschrift en een beroepsschrift ingediend tegen het besluit. Beide zijn ongegrond verklaard. Daarna heeft de aanklager gebruik gemaakt van de laatste mogelijkheid en is in hoger beroep gegaan tegen de uitspraak van de rechtbank. Dit hoger beroep is ongegrond verklaard.