Remco van den IJssel in Park Rusthoff, waar hij elke dag tussen de middag twee uur rondjes loopt. Ook in het weekeinde. Altijd met rugzak om en koptelefoon op zijn oren. | Foto's: Jan Leune
Remco van den IJssel in Park Rusthoff, waar hij elke dag tussen de middag twee uur rondjes loopt. Ook in het weekeinde. Altijd met rugzak om en koptelefoon op zijn oren. | Foto's: Jan Leune Foto: Jan Leune

Het heeft er alle schijn van dat het coronavirus in ons land, ook in Teylingen en in de Bollenstreek, op zijn retour is en mogelijk komende zomer al op zijn eind loopt. Eindelijk daagt weer de vrijheid om te mogen gaan staan waar we maar willen en met wie we maar willen, al zal het waarschijnlijk nog tot september duren voordat het definitief zover is. Wetenschappers als de neuropsycholoog Erik Scherder (hoogleraar aan de Vrije Universiteit van Amsterdam en verbonden aan de Hersenstichting) maakten ons het afgelopen jaar op radio en tv en via tal van publicaties duidelijk dat het van vitaal belang is te bewegen en te blijven bewegen, ook als het virus later dit jaar grotendeels is uitgebannen.

De Hersenstichting en professor Scherder introduceerden in dat kader vorig jaar de zogeheten Ommetjes-app om ons aan te moedigen 4000 tot 8000 stappen per dag te zetten. Mits ook het eetpatroon wordt verbeterd wordt de kans op overlijden daardoor gehalveerd. Inmiddels hebben ruim 1,2 miljoen mensen deze app op hun mobiele telefoon geïnstalleerd.

Remco heeft zich voorgenomen ook na de coronacrisis dagelijks 2 uur te wandelen

Teylingen n Tijdens onze ommetjes sinds het begin van de coronacrisis zagen we hem geregeld lopen. Een grote, blozende man van naar schatting een jaar of veertig die ons met grote passen voorbij beende of inhaalde. Vrijwel altijd met een tas op zijn rug en een koptelefoon op beide oren. We, mijn vrouw en ik, noemden hem onderling al gauw ‘Meneer de Wandelaar’. En - nieuwsgierig als we zijn - gisten we naar zijn identiteit en zijn achtergrond. Wie zou hij zijn? Wat zou hij doen?

Door Jan Leune

Om daarop antwoorden te krijgen probeerden we na verloop van tijd hem aan te spreken. Aanvankelijk tevergeefs. Hij liep te hard voorbij, hoorde ons niet en keek niet op of om. Na de derde poging begonnen we maar te roepen en te zwaaien. Een ons tegemoet komende wandelaar merkte dat op en hield hem staande. Een afspraak was daarna snel gemaakt.

Hooikoorts

En zo zitten we op een zonnige zaterdagmiddag onlangs - keurig zoals de regels voorschrijven - op anderhalve meter afstand van elkaar op een bankje tussen het paviljoen

Sassennest in het Park Rusthoff en de aanpalende kinderboerderij.

‘Meneer de Wandelaar’ excuseert zich voordat hij zich met zijn echte naam voorstelt. Hij snuit zijn neus en zegt: “Sorry, ik heb net twee uur gewandeld en heb nu een loopneus mede als gevolg van hooikoorts. Een kwaaltje waarvan ik vaker last heb in de lente”.

Vervolgens openbaart hij zijn ware identiteit: Remco van den IJssel, 46 jaar, geboren en getogen in Delft, getrouwd, werkzaam als medewerker informatievoorziening op het archief van het Hoogheemraadschap van Rijnland in Leiden, daarvoor in dezelfde functie bij de Hoge Raad in Den Haag, sinds zes jaar woonachtig in een appartement aan de rand van Sassenheim. Sinds de ingang van de lockdown op 15 december vorig jaar werkt hij met behulp van computerapparatuur vanuit huis.

“De sportschool ging toen dicht. En ik dacht: ik moet toch in beweging blijven. Hardlopen gaat niet als gevolg van te zwakke knieën. Daarom ben ik maar ’s morgens wat vroeger gaan werken en daarmee aan de einde van de dag langer doorgegaan, zodat ik tussen de middag lekker twee uur buiten kan zijn om te wandelen. Om zo m’n hoofd helemaal leeg te maken. Op kantoor beweeg ik meer dan thuis. Daar heb ik dan hier of dan daar een vergadering of een praatje aan het bureau van een collega. Thuis zit ik voortdurend achter de PC. Buiten loop ik liefst in de zon, maar ik heb de afgelopen maanden ook in de stromende regen en in hagel- en sneeuwbuien gelopen.”

Hoog tempo

Jouw hoge tempo is voor ons geen wandelen meer. Dat heeft meer weg van snelwandelen, met dit verschil dat je niet zo’n onnatuurlijk aandoende houding aanneemt omdat je niet het standbeen strekt en je jouw bekken niet, zoals de Olympische regels voorschrijven, tegengesteld kantelt. Je gaat desondanks wel heel hard.

Remco: “Ik loop op cardio, dus op hartslagniveau. Dat houdt in mijn geval in boven de 107 slagen per minuut en onder de 136. Ik gebruik daarbij een app op mijn mobiele telefoon om ze te meten.”

“Aanvankelijk gebruikte ik de ommetjes-app van professor Scherder en de Hersenstichting. Maar die app werkt maar 20 minuten en die geeft te vaak storing. Daar is bovendien een competitie-element aan verbonden, zodat gebruikers de afstand en het aantal passen kunnen vergelijken met die van vrienden en bekenden. Daar ben ik niet zo van”.

“Ik vind mijn manier van lopen prettig, voel me daarbij okay. In eerste instantie liep ik door het hele dorp, om zo alle wijken te leren kennen. Het nadeel daarvan was dat ik straten moest oversteken en af en toe voor verkeerslichten moest wachten. De laatste tijd loop ik alleen rondjes door dit park. Daardoor kan ik achterelkaar in één en hetzelfde tempo lopen.”

Je loopt altijd alleen. Heeft je partner geen zin of tijd om je te vergezellen?

Remco: “Ik loop ook voor hem te snel. Hij kan me niet bijhouden.”

Koptelefoon

Als gevolg van het hoge tempo ben je lastig aanspreekbaar. Je hebt bovendien altijd een koptelefoon op. Waar luister je naar?

Remco: “Meestal naar de nieuwszender Radio 1, af en toe naar een podcast of gewoon lekker naar muziek. Dat kan van alles zijn. Van klassiek tot pop.”

Het je weleens iets geks meegemaakt onderweg?

Remco na even peinzen: “Nee, niet echt. Alhoewel, in februari was het weer wel heel extreem. In het tweede week vroor het hard en kon men schaatsen. Een paar dagen later scheen de zon en was het zestien graden Celsius boven nul.”

En na nog even nadenken: “Ik vind af en toe beschilderde stenen, de zogeheten Happy Stones, die door mensen ergens worden neergelegd, waarna ze door andere mensen worden gevonden en weer ergens anders worden neergelegd. Ik kende dat fenomeen niet. De afgelopen weken zag ik die stenen al wat minder. Deze corona-rage waait kennelijk over”.

“Ik wist ook niet dat er voor kinderen een speurtocht is in dit park. Er staan allerlei tekens op de prullenbakken. Leuk! En ook leuk zijn natuurlijk de katten in dit park. Er zijn er wel drie. Eentje is ‘n echt boefje. Ik zie hem vaak met een muis of een vogel in zijn bek. En niet te vergeten: ik zie ik in dit park geregeld dezelfde mensen. Die zwaaien naar me en die moedigen me aan.”

Remco is de nestelende ooievaars in het park uiteraard niet ontgaan. Hij heeft een tip voor het parkbestuur: "Laat het nest met een mat bedekken. Dan vallen de eieren er niet uit en hebben de ooievaars minder moeite met het verzamelen van takken. In Katwijk ligt er een mat of iets dergelijks in het nest. Daar keren de ooievaars elk jaar terug.”

Gezond en goedkoop

Tot slot de onvermijdelijk vraag: blijf Remco ook wandelen wanneer het coronavirus weg is, althans geen slachtoffers meer eist en hij dagelijks weer naar kantoor moet?

Remco van den IJsel: "Zoals vroeger wordt het wellicht nooit meer. Het Hoogheemraadschap van Rijnland heeft binnenkort een terugkomdag. Dan zie ik mijn collega's voor het eerst sinds een jaar live in plaats van op een scherm. Mettertijd gaan we waarschijnlijk deels op kantoor en deels thuis werken.”

"Om op je vraag terug te komen: Ja, ik blijf wandelen. Dat is althans mijn voornemen. Ik ben dank zij mijn dagelijkse wandelingen sinds de lockdown tien kilo afgevallen. Het is dus wel zo gezond en bovendien veel goedkoper dan op een sportschool.”

Remco vond in het park onder meer deze Happy Stones.