Cees Heemskerk ruimt al vijftien jaar trouw elke zaterdag zwerfafval op. | Foto: Ingrid Langeveld
Cees Heemskerk ruimt al vijftien jaar trouw elke zaterdag zwerfafval op. | Foto: Ingrid Langeveld

Cees Heemskerk (93) houdt van schoon én netjes

Algemeen

Zet elk Zwitsers uurwerk er maar op gelijk. Iedere zaterdagmorgen rond de klok van negenen doet Cees Heemskerk – gisteren, dinsdag 16 april vierde hij zijn 93ste verjaardag - wat hij al jaar in jaar uit doet en dat al een kleine vijftien jaar lang: een paar uurtjes zwerfafval ruimen in de omgeving waar hij woont. Inmiddels een traditie welke steevast de start van zijn weekend markeert. ‘Want’, zo verhelderen zoon Kees en schoondochter Leny, ‘Pa houdt van schoon én netjes.’ 

Door Ingrid Langeveld 

Wonend aan het Oosteinde in Warmond is de kwieke Heemskerk de bescheidenheid zelve. Genietend van de vrijwel dagelijkse wandelingetjes die hij maakt, dicteren Rust, Reinheid en Regelmaat zijn leven. Tevreden met eenvoud, maar daartegenover heeft hij een bloedhekel aan rommel.

‘Ooit ergerde pa zich aan alle troep en afval die in de bermen en achter de vangrail langs de Rijksweg rondslingerde’, doet zoonlief uit de doeken hoe zijn vader indertijd met zwerfafval ruimen is begonnen. ‘Eerst met louter handschoenen aan de handen maar al snel kreeg hij van een handig familielid een aanpikknijper en een handzame zakhouder.’ 

Volgens Kees en Leny doet hij het wekelijks klusje met veel plezier en verzaakt hij zelden. ‘Mocht onverhoopt iets het zaterdagritme verstoren, dan start hij gewoon een uurtje eerder’, verklaart Leny zijn uitzonderlijk fanatisme en doorgewinterde discipline. Behalve voor het wandelen zelf en om zijn lijf fit te houden doet Heemskerk het voornamelijk voor een schoon aanzicht van de buurt. 

Bekende verschijning

Na al die jaren is de geboren en getogen Warmonder een bekende verschijning in het dorp, menigeen kan hem uittekenen. Zo vertelt Kees dat zijn vader vorig jaar van een jong kind een aardige kaarttekening kreeg met het opschrift ‘nu is alles weer prachtig mooi schoon, meneer’. ‘En het grappige is dat hij dat kaartje nog steeds heeft. Zoiets doet hem best wel wat!’ 

Heemskerk loopt altijd een vaste route. Vanuit huis over het fietspad naar het spoor-rijkswegviaduct en vervolgens rechtsaf door de berm langs de Stationsweg richting het benzinestation en de grote Amerikaanse fastfoodketen. Daar leegt hij in een grote afvalbak op het parkeerterrein zijn vuilzak, die dan al half vol zit. 

Waardering

Leny memoreert aan een grappige anekdote uit de begintijd van het aan de Rijksweg A44 gelegen hamburgerrestaurant. ‘Stapt er een medewerker op hem af. Ho, ho meneer, wat bent u aan het doen? Ik dump verpakkingsmateriaal van jullie wat jullie klanten rond laten slingeren. Nou, sindsdien kan pa bij die club niet meer stuk en wordt zijn inzet elke week bijzonder gewaardeerd en op prijs gesteld.’ Met weer de vuilzak leeg vervolgt hij, al rommel oppikkend, zijn wandeling door de berm de andere zijde van Stationsweg naar de rotonde Jagtlustkade-Warmonderdam, waar de oprit van Hotel Sassenheim-Leiden aan is gelegen. Kees begint te glimlachen. Hij herinnert zich een bijzonderheid. 

‘Zo lief. Het was winter. Koud en guur weer. Goh, complimenteert een gastvrouw van het hotel hem. Geweldig dat u dit doet. Ga even zitten op het bankje daar, dan haal ik een kopje koffie met een koekje voor u. Hoe leuk is dat?’ Kees zegt het vooral ook leuk te vinden dat zijn vader vaak dezelfde mensen tegenkomt die hem dan groeten en soms een praatje beginnen, maar ook waarschuwen. Zoals bijvoorbeeld groepjes racefietsers en sportende Warmonders die naar de sportschool aan de Wasbeekerlaan gaan. ‘Wel voorzichtig zijn hoor, meneer Heemskerk’, roepen ze hem toe. Kees krijgt dan op zijn telefoon wel eens een berichtje. ‘Joh Kees, heeft die vader van jou zelfdodingsneigingen of zo. Ik zie hem achter de vangrail langs de snelweg lopen.’ 

Er ligt altijd afval

Dat er altijd afval ligt is voor Heemskerk geen verrassing meer. Toch kan hij na elke afvalruimronde tevreden zijn. Helemaal met vondsten als verdacht gereedschap wat niet echt toebehoort aan de echte klusjesman en allerlei soorten blikjes die hij verzamelt en op een tafel in de schuur tentoonstelt. 

Kees en Leny - en met hen velen - kunnen het daadkrachtig werk van vader Heemskerk ten zeerste waarderen, wetende dat hij gevoelig is voor complimentjes maar daar verre van op uit is. Want, zo beseffen Kees en Leny, ‘Pa zal doorgaan tot de laatste snik, want daarvoor vindt hij het veel té leuk.’

Uit de krant